top of page

De Camuswinning

Jos Leben

  1. Ligging.

Rechts van de kerk van Val lag er voor 1859 een boerderij die in de volksmond “Camuswinning” werd genoemd, de totale oppervlakte van de woning, stallen, tuinen en boomgaarden was een 3ha en het eigendom liep tot aan de Molenweg ( nu Verbindingsweg ) en tot aan de Watersouw.

 

    2.Familie Castermans.

Peter Castermans, geboren omstreeks 1495, bleef niet op de ouderlijke hoeve, in de Kleinstraat, wonen maar verwierf een hoeve die naast de kerk van Val lag. Een document van 13 februari 1563 vermeldt dat Peter Castermans van Ffall, wonende ayn die kerck van Ffall, nou present sijn soen Paulus Castermans is den pastoir van Millen Jayrlix schuldich op sijn hoyss ende hoeff tot Ffall ayn die kerck, tweleff vat spelten ……..( 1 )

Deze Paulus, geboren te Val omstreeks 1530, huwde in 1557 met Maria Mielen. Hij erfde de winning aan de kerk en bleef er ook wonen. Paulus en Maria hadden zeker 3 kinderen:

  1. Peter of Pierre, geboren omstreeks 1558, bleef op de winning wonen.

  2. Joannes, verliet Val-Meer.

  3. Paulus zorgde voor de tak van Meer.

 

    3. Peter Castermans.

Peter Castermans huwde omstreeks 1585 met Eva, achternaam niet vernoemd. Hij overleed in 1616 als eigenaar van de Camuswinning. Zijn vrouw liet een akte opstellen op 22 oktober 1616.  Comparerende Eva weduwe wijlen Peter Castermans ende heeft vertegen ( afzien van ) op haer tocht ( vruchtgebruik ) van huys ende hoff mette wynhoff groet synde omtrent drie boender gelegen aen kerck van Fall reygenoten naer de Jeecker Jan der Smeet van Fall, naer Sichen Hans Rutten, naer Meer de watersouwe ende kerck van Fall ende naer Tongeren die Gemeyn dorp straet ende van vijfftien roijen in de diversche stucken onder Fall gelegen …… ende dat tot oerbaer en in behoeft haers soens Pouwels Castermans ende dat vuyt crachte van houwelicxe voorwaerde ….  ( V_8_32 ). Hun zoon, Paul, werd dus eigenaar van de Camuswinning na het overlijden van zijn vader die hem de winning toegezegd had in 1612. Normaal erfde de oudste zoon in Val via Loons recht de woning of winning van zijn ouders.

 

   4.Paul Castermans

Paul, geboren omstreeks 1585, huwde met Jehenne Plux, Hun huwelijkscontract werd afgesloten op 31 oktober 1612.Van zijn vader, Peter, kreeg Paul 15 grote roeden land. Het ouderlijk huijs ende hoff, wenhoff ende pachtlanden tot Val zal Paul na de dood van zijn ouders toevallen. Tevens werden hem dan de roerende goederen nagelaten die op de hoeve aanwezig waren. Paul moest aan zijn zuster Lijsbet, begijn in het begijnhof te Tongeren, 300 gulden betalen of de rente daarvan. Binnen 3 jaar kreeg hij 50 gulden voor een paard en nu direct 3 varkens, 1 koe en 12 schapen. Voor het vieren van de bruiloft bracht zijn vader in: acht tonnen biers metten broet ende vleesch. Peter Plux gaf aan zijn dochter Jehenne een bunder land. Binnen 3 jaar kreeg zij 50 gulden in plaats van een paard en nu direct 2 koeien, 4 varkens en 12 schapen. Tevens kreeg zij een bed met toebehoren. Voor het vieren van de bruiloft bracht Peter Plux in: thien tonnen biers metten broet ende vleesch ( 1 ).  

 

In het gezin Castermans – Plux kwamen er 3 kinderen waarbij alleen Catherina in leven bleef. Paul trad een 2de maal in het huwelijk in 1630 met Beatrix Coenegrachts, er kwamen nog 4 kinderen waaronder Pierre. Deze kocht op 20 november 1664 een woning in de Kleinstraat van de familie Tantz ( Val_12_04 ). Volgens de toenmalige beschrijving grensde het eigendom naar het westen aan de Kleinstraat en naar het oosten aan het veld. De totale prijs was 753 gulden en enige lasten aan de pastoor van Millen en de kerk van Val.  Deze Pierre zorgde voor het instandhouding van de naam Castermans in Val-Meer.

 

Een document van 1631 vertelt ons dat er enige lasten op de Camuswinning stonden en geeft een bewijs dat Paul Castermans de eigenaar was. Den  2de aprilis 1631 compareerde Jenneke Van Heyden ende heeft versocht te releveren ende t’ontfangen naer doot ende affluvicheyt van haere allders all sulcke twee vaeten rog erffpacht ende een mud spelte luyschpacht als zy geldende ende xx is op huys en hoff van Paulus Castermans tot Fall aen de kerck gelegen ( V_9_66 ).

 

    5. Catherina Castermans

Catherina, geboren circa 1615, huwde met Paul Mertens, zoon van Stas en Catherina Stas van de Stassenwinning. Paul stierf vrij jong, hij had maar ene nakomeling, ook Paul genaamd en geboren circa 1636. Catherina huwde een 2de maal met Jan Raedts alias Hermans en er kwamen nog zeker 3 kinderen. Zij bleven op de Camuswinning wonen.

Op 5 maart 1660 maakte Catherina’s vader zijne beste perden, koyen, schaapen, vercken, hynnen, haen, ploegh, eghe, waegen ende voorts alle zijnen gereyde aan zijn 4 kinderen uit zijn 2de huwelijk ( 1 ).

 

    6. Leningen.

In 1661 leende Paul Mertens, zoon van Paul en Catherina Castermans, eerst een som van 200 gulden en twee maand later 250 gulden, telkens zette hij 24 roeden bouwland onder de Groenengracht in als hypotheek, die hij van zijn oma, Catrijn Stas, geërfd had.  ( V_11_128_

 

Op 12 december 1663 leende Jan Raets en Catherina Castermans 300 gulden met als hypotheek den specialijcke huys ende hoff tot Fall gelegen reygenoten ter zijde Maestricht die Gemeynstraet, ter andere sijde naer de Jekerkant Stas Mertens, naer Elst het velt .. .. van tgene voorschreven comparanten Paulus Mertens soen van voorschreven Cathrijn Castermans consenterende in die voorschreven obligeringe ende verpandingen voer soe veel als eygenaer des voorschreven huys ende hoff  ( V_12_71 ). Paul Mertens was dus eigenaar van een woning die volgens de gegeven rijgenoten rechts van de Stassenwinning lag.  

 

Op 28 maart 1674 nam Paulus Mertens een rente over die op de Camuswinning stond alwaer sij ( Raedts – Castermans )  tegenwordelijck sijn woonende tot Fall gelegen aen de kerck ( V_12_143)

 

    7. Het overlijden van Catherina Castermans.

Catherina overleed in 1675 en volgende akte werd opgesteld 2 oktober 1675: Alsoo Jan Raets alias Hermans van Fall t sedert het afsterven van Catherina Castermans respertive weduwe ende moeder van Paulus Mertens zaliger ende Paulus Mertens den jongen hennen wettigen ende eenigen soen is gebleven inde possessie der goederen door de selve achter gelaeten ende naer haere doot ten vollen recht gedevoluert op den voorschreven Paulus haeren soen ende daer en boven alnoch by consent des selven Paulus genooten ende ontfangen heeft seeckere twee hondert ende twintich guldens bb komende van de beleninge van een stuck ackerlants groot acht groot ende thien cleen roeden onder Heuckelom gelegen ende gemelden Paulus erffelijck toebehorende. ( V_12_170 ).

Paulus ontving ook nog de meubelen, paarden, koeien, varkens, wagen, ploeg en eg.

 

    8. Paul Mertens.

Op 14 november 1677 leende hij 400 gulden en als waarborg werd buiten enkele landbouwgronden zijn woning ingezet: heef opgedragen ten eersten sijn huijs, hooff, winninghe, ende winhoff bij die kercke tot Fall gelegen, groot in alles ontrent drij bonder reygenoten aen die selve kercke ter eenre, naer Meer die watersouwen ende naer Boeler den Moelenpaet loopende van Meer naer Wange ( V_14_01 ) .

Op 31 december 1679 liet hij de geërfde goederen waaronder de Camuswinning ractificeren: …  Paulus Mertens ende heeft versocht te releveren ende t ontfangen seeckere huijs ende hooft ende wenhooft gelegen bij die kercke van Fall, reygenoten naer die Jecker rlta Mathijs Smets, naer Boeler den Molenwech, naer Meer die Watersouwen ende voorts generaelijck alle sijne andere bancke guederen hem naer doot sijnder ouders aengestorven ( aansterven = erven ) …. ( V_14_25 ).

Op 28 april 1694 verkocht Paul aan Paulus Daenen ingesetenen tot Holbeeck present en acceptant drij peerden ende een vulen, vier coyen, vijff leegbeesten, seven verkens, thien schaepen, ses lammers, een karre, eenen waegen ploegh ende eegh ende voorts alle andere sijne meubiliare effecten sulcx om ende voor de somme van achthondert gulden bbants maestrichter cours ( V_15_23 ) en hij huurde alles terug voor 100 gulden per jaar.

 

Paul had 2 kinderen met Margaretha Daenen:

  • Op 17 juli 1685 werd Paulus gedoopt als filius illigitimus van Paul Mertens van Val en Margaretha Daenen. Peter is Eustache Mertens.  Meter is Eva Castermans echtgenote van Lambert Wilkens ( alias Milen ).

  • Van zijn dochter, Marie, hebben we geen doopakte kunnen vinden. Zij is ergens tussen 1680 en 1683 geboren.

Paulus en Margaretha zijn na 1685 gehuwd. Paulus overleed voor 1699.

 

    9. De familie Bouveroux - Mertens

Marie Mertens huwde circa 1705 met Henri Bouveroux, zij bleven op de Camuswinning wonen. Waar haar ongehuwde broer, Paulus, woonde is niet duidelijk, misschien woonde hij er ook.

In het gezin Bouveroux – Mertens kwamen er 7 kinderen tussen november 1705 en december 1723 waaronder: .

  • Paulus, geboren in 1711. Peter is Tossanus Bouveroux ( afkomstig van Boirs en broer van Henri ) en meter is Catherina Raets.

  • Margaritha, geboren in 1715. Peter is Lambert Bouveroux. Na het overlijden van haar eerste man, Martin Martens, huwde ze in 1766 met Willem Keulen. 

  • Joannes, geboren in 1717. Hij huwde in 1764 met Margarite Nelissen ( ° 1735 ). Zij zorgden voor het in stand houden van de naam Bouveroux in Val-Meer.

  • Joanna, geboren in 1723. Zij huwde met Lambert Castermans en hun dochter, Marie, met Willem Heynen van Zichen.

 

  10. Een lening van 500 gulden ( V_16_34). 

Op 1 september 1715 leende Henri Bouveroux en zijn vrouw Marie Mertens de som van 500 gulden van Chrstianus Hamonts, de jaarrente werd vastgelegd op 22 gulden en 10 stuivers.

In hypotheek zetten zij: Vierentwintich groot roeden losch ackerlants gelegen aen den Grunen Gracht en

acht groot ende thien cleijn roeden losch ackerlants gelegen achter Willem Vandenbosch hooff.

Deze lening diende om een lening van zijn overleden schoonvader resp. vader af te betalen waarbij 27 gulden jaarrente moest betaald worden ( M_8_167 ).

 

 11. Marg. Daenen laat een document opstellen ( V_16_46 ).

Op heden den 29 april 1717 sijn voor mij openbaren notaris ende gelooffweerdige getuijgen hier onder te noomen persoonelijck gestaen ende gecompareert Margareta Daenen rta ( weduwe van ) Paulus Mertens. Ze deed afstand van bepaalde goederen ten voordelen van haar zoon Paul Mertens en haeren schoonsoon Hendrick Bouveroux getrouwt met Marie Mertens ende sulx tot oirbaer en behooff van den selven Hendrick ende sijne huijsvrouwe des comparante dochter.

Het ging om:

Acht rooden ende een halff lants sijnde die hellfft van seventhien rooden los lants  gelegen achter Fall.

Vijff rooden oock los liber lants boven die Cuijlen

24 groot rooden los ackerlants gelegen aen den Groenen Gracht.

Na het optekenen van de wenst van M. Daenen  verschenen Paul Mertens en Chrstianus Hamonts voor de notaris. Het ging over de lening van 500 gulden waarbij Paul beloofde er zorg voor te dragen dat de betalingen gebeurden, hij nam de betalingen over en in 1733 liep de lening nog ( M_10_249 ) .

 

 12. Paulus Bouveroux.

Hendrik Bouveroux overleed op 25 juni 1732. Op 21 juli 1738 stelde notaris J.L.Veugen een document ( in ’t Frans ) op en op 29 augustus 1738 deed notaris O. Botty van Val dit nog eens over. Het ging tussen le Beyart de Maestricht en Marie Mertens weduwe van Henri Bouveroux en partij makende voor haar zoon Paulus Bouveroux.  Op de eigendommen in de Bampstraat stond een schuld van 750 gulden waarvoor Marie jaarlijks 30 gulden betaalde, .. une maison, jarding, prairie et enclos appendices et appertances situées presse de l’église du sit Fall joindant vers geerre ( Jeker ) à la rte ( weduwe van ) Jean Sauvenaye, vers chemin royale au dit chemin et Art Arts du dit Fall et d’autres, vers la chaussée ( Steenstraat ) au fossé appellee  vulgairement die watersouwe et vers Maestricht le chemin appellee den Meulenwegh

Marie deed een aflossing van 400 gulden en de jaarrente zakte tot 14 gulden. Ze overleed op 15 april 1745. 

Paulus Bouveroux , geboren in 1711, was de oudste levende zoon van Hendrik en Marie en volgens het eerstgeboorterecht erfde hij de Camuswinning. Hij bleef vrijgezel en overleed op 1 november 1786. Via testament liet hij de Camuswinning aan Henri Bouveroux, oudste kind van zijn broer Joannes ( + 1782 ) en Margarite Nelissen.  Margarite kreeg wel het vruchtgebruik.   

 

 13. Henri Bouveroux.

Henri werd gedoopt op 27 november 1765, zijn oom Paulus Bouveroux was zijn peter.

Henri had een paard van Peter Jans gekocht en dit zonder toestemming van zijn moeder en daarbij was hij in een beschonken toestand tijdens de aankoop. M. Nelissen weigerde te betalen en er volgde een proces anno 1792. Margerite zei dat haar zoon nog nooit een beest of enig graan gekocht of verkocht had zonder haar toestemming aangaande de prijs. Op de Camuswinning had zij duidelijk de broek aan. Verder lezen we: Men seijd op sijnen teid beweijsen sal, immers den opponents vraage is te prematuur hij moet aen sijns moeders landbouw vaceeren, dat hij dus bij sijne moeder leere den wagel aenspannen want tot hier toe wilt hij hem voor den paerden drijven.

Henri huwde op 10 maart 1793 met Cornelie Hermans, gedoopt op 21 november 1762 als dochter van Philip en Elisabeth Botty. In het gezin Bouveroux-Hermans kwamen vier kinderen:

  • Joes, gedoopt op 5 januari 1795. Hij moet jong gestorven zijn.

  • Philippe, gedoopt op 29 maart 1796. Hij huwde een 1ste maal in 1819 met Marie Judith Toppets ( + 1820 ) en een 2de maal in 1827 met haar zus Agnes Toppets.

  • Marie Margerite ( Martha ), geboren op 27 juli 1798, huwde in 1824 met Pierre Keulen

  • Paul, geboren op 7 februari 1801, huwde in 1823 met Ida Botty.

 

Bij de bevolkingstelling van 1796 woonde op de Camuswinning:

  • Margerite Nelissen

  • Henri Bouveroux

  • Cornelius Bouveroux

  • Margaritha Bouveroux

  • Joannes Theunissen, knecht.

Cornelie Hermans en kind(eren) vinden we terug in Meer in de Bolderstraat bij haar moeder.  Een overlijdensdatum van Margerite Nelissen hebben we niet gevonden, Cornelie Hermans overleed op 5 december 1816 en haar man, Henri, op 12 september 1822.

 

 14. Inbeslagneming.

Uit het journal de la province de Limbourg du mardi 17 mai 1825.

Afschrift van het uittrekzel opgehangen op het bord ter rolle der regtbank van eersten aanleg zitting houdende te Maastricht, betrekkelyk de inbeslagneming der onroerende goedere, gedaan op het verzoek van Helena-Apolonia Roborg, weduwe van wylen Leonard-Martin Timmers, koopvrouw, wonende te Maastricht, ten laste van Philippus, Paulus en Martha Bouveroux, alle drie akkerlieden, wonende te Fall-Mheer, een belang hebbende.

Te verkoopen, by immobiliaire inbeslagneming, 

  1. Een huis met stalling, schuur, tuinen akkerland, gelegen te Fall-Mheer, kanton Maastricht zuid, arrondissement van dezelve naam, provincie Limburg, groot aan mate, twee bunders vier-en-vyftig roeden twaalf vierkante elle, reinende ter eenre aan Pieter Coopman ( Cauffman, hoek Bampstraat en Pannestraat ),  naar de Steenstraat aan de waterzouw, naar Maastricht aan het Moolestraatje ( Verbindingsweg ) , met een hoofd aan de Dorpstraat ( Bampstraat ) .  Dit huis, met stallinge en schuur, is opgetimmerd met mergel; het huis heeft geen verdieping; onder ter aarde zyn drie vensters uitziende naar den misthof en twee naar den tuin; op den misthof bevind zich een waterput, opgebouwd van mergel en gedekt met stroo. Het huis heeft een kelder en een zolder overdekt met een dak van stroo en pannen; de stallinge en schuur zyn gedekt van stroo; den ingang van het huis, van den kant van de straat, is door een groote poort, en van den kant van de weide, door eene barrier. Dit erf, met ap- en dependentien, bevind zich ter stamrolle der grondbelastingen geschat aan eene jaarlyksche reine inkomst van honderd zeven-en-veertig franken vier-en-negentig centimen, of negen-en-zestig gulden zeventig cent nederlandsch, onder den naam van Hendrik Bouveroux.

  2. Een stuk akkerland, gelegen aan het Bollerstraatje, onder de gemeente Fall-en-Mheer, groot aan maten twaalf roeden zeven-en-negentig vierkante ellen, reinende naar Wonck aan Stas Meertens, naar Mheer aan denzelven, geschat in den kadastralen legger der grondbelanstingen aan een jaarlyksche reine opbrangst van zes franken twee-en-zeventig centimen, of drie gulden acht cents, onder denzelve naam.

  3. Een stuk akkerland, gelegen aan den Molenweg, onder Fall-en-Mheer, groot aan mate circa acht roeden tien vierkante ellen, reinende naar den Jeker aan Engel Raads, naar Maastricht aan Paulus Toppets, geschat in de stamrolle der grondbelasting aan eene jaarlyksche reine opbrengst van drie franken twee-en-zventig centimen, of eenen gulden zeven-en-zeventig cents, onder denzelven naam.

  4. Een dito stuk akkerland, gelegen aan den Sicherenweg, onder de gemeente F-M, groot aan mate dertien roeden vier-enveertig ellen vierkant, reinende naar den Jeker aan Arnold Beusen, naar Fall aan Engel Raads, geschat in der stamrolle der grondbelastingen aan eene jaarlyksche reine opbrangst van vier franken zeven-en-vyftig centimen, of twee gulden vyftien cents, onder den naam van Philip Bouveroux.

  5. ….

35. Een huis met moeshof, weide en verdere toebehooren, gelegen te Fall-Mheer, aan mate salvo errore vier roeden vier-en-vijftig vierkante ellen, reinende naar Mheer aan Paulus Keulen, naar de Jeker aan Servaas Beusen. Dit huis, opgetimmerd van mergel, heeft geene verdieping; ter zyde van het huis is een venster uitziende naar den misthof, eene deur dienende tot ingang. Onder hetzelve huis is een kelder, en boven hetzelve een zolder overdekt met een stroodak; de stal en schuur, ingelyks opgetimmerd van mergel, zyn ook gedekt met stroodaken. Dit huis is geschat ter stamrolle der grondbelastingen aan eene jaarlyksche reine opbrengst van twee franken drie-en dertig centime, of eenen gulden negen cents, onder den naam van Marc Toppets, en is bewoond door zekeren Hendrik Bettonville.

36. Een dito huis met verder toebehoor, gelegen onder de gemeente Fall-Mheer, groot aan mate circa drie roeden tien vierkante ellen, reinende naar den Jeker aan Stephanus Tilkin, naar de Steenstraat aan den weg en aan de Steeg. Dit huis is gebouwd van mergel, heeft geene verdieping; hetzelve heeft vier vensters, waar van twee licht ontvangen van den kant van den straat en twee ter zyde van den kant van den misthof; een openpoort diend tot ingang van het huis; onder hetzelve vind men een kelder, en boven hetzelve een zolder overdekt met een stroodak; de stal, opgetimmerd van mergel, is insgelyks gedekt met stroo; hetzelve, geschat in de stamrolle der grondbelasting, onder den naam van Marc Toppets, aan een jaarlylsche zuivere opbrengst van twee franken twee centimen, of vyf-en-negentig cents, word bewoond door Pieter Keulen.

….

79.  Een stuk akkerland …..

 

Alle de hierboven inbeslaggenomene erven zyn gehouden en bebouwd door de inbeslaggenomene partyen, uitgenomen de huizen gedesigneerd onder de numeris 35 en 36, welke respectivelyk bezeten en bewoond zyn door zekeren Hendrik Bettonville en Petrus Keulen.

De inbeslagneming dezer onroerende goederen is gedaan op Philippus, Paulus en Martha Bouveroux, alle drie akkerlieden, wonende te Fall-en-Mheer, een belang hebbende, door exploot van W. Breukers, deurwaarder ter residentie van Maastricht, gedagteekend van den zeven-en-twintigsten december achttien honderd vier-en-twintig, geregistreerd te Maastricht, den negen-en-twintigsten dito, folio drie-en- tachtig recto, vak zes, aan de regten van eenen gulden drie cents, soor den ontvanger De Guaita, op verzoek van Helena-Apolonia Roborg, weduwe van wylen Leonard-Martyn Timmers, koopvrouw, wonende te Maastricht.

 

In het totaal ging het om 1 winning, 2 woningen en 76 bouwlanden gelegen in Val-Meer, Millen, Bitsingen en Wonck met een totale oppervlakte van 1348 roeden en 1803 vierkante ellen. Met 1 roede= 436 m2 zou dit meer dan 58ha zijn waarvan 35ha in Val-Meer..

Als eigenaars vinden we Henri Bouveroux terug, alhoewel overleden in 1822, evenals zijn zoon, Philippe, en Marcus Toppets, schoonvader van Philippe, alhoewel deze overleden was in 1817 en zijn vrouw in 1819

  15. Kadaster 1842.

Kadaster 1842  sectie C / Bampstraat met de kerk ( C 387 ), kerkhof ( C388 ), pastorij ( C389 ) en de Camuswinning .

G. E. Willem Roloff , kolonel en van Arnhem, was eigenaar van de Camuswinning en achterliggende boomgaarden in sectie C ( zie plan ) :

  • 358 Boomgaard: 72a 80ca

  • 359 Boomgaard: 43a 60ca

  • 360 Boomgaard: 61a 30ca

  • 361 Boomgaard: 1ha 5a 70ca

  • 390 Tuin: 6a

  • 391 Huis: 11a 10ca

  • 392 Gebouw: 44ca

  • 393 Tuin: 2a 20 ca

  • Totaal 3ha 3a 14 ca

Het huis had klasse 4: Huis van zavelsteen gebouwd, gedekt met pannen, hebbende 2 beneden plaetzen en een kabinetje en hetzelfde getal boven plaetzen er zijn enige aenhoorigheden.

 

 16. De laatste bewoners.

Op 11 januari 1840 huwde Daniel Dumont, geboren te Val-Meer in 1815 en woonachtig te Gutschoven, met Sibilla Beusen van Riemst;  hun eerste kind werd op 29 oktober 1840 te Val-Meer geboren. Op 1 januari 1841 woonde het gezin Dumont – Beusen in de Camuswinning. Sibilla overleed in 1843 en in 1849 hertrouwde Daniel met Marie Elisabeth Monard, oudste dochter van Fastré Monard. Zij zijn de laatste bewoners van de Camuswinning, ze vertrokken in maart 1858.

 

  17. Verkoop.

Volgens het kadaster werd in 1856 de winning ( C391 ), de 2 tuinen ( C390 en C393 ), het gebouw ( C392 ) en de achterliggende boomgaard ( C358 ) verkocht aan het kerkfabriek.

Kadaster 1842: Lijn 16 vertelt ons dat perceel 391, huis, in 1856 verkocht werd aan identificatienummer 92

( Het kerkfabriek ).

De 2 boomgaarden met kadaster nummer C360 en C361 werden verkocht aan notaris Vanormelingen en boomgaard C359 aan Paul Bouveroux. Het gebouw ( C392 ) werd afgebroken en voor het huis ( C391 ) vermeldt het kadaster : “demolition et reconstruction”. Bij die werkzaamheden in 1859 werd er een schat gevonden. In Historische schets van Val-Meer van J.Jackers of op de website Val-Meer.be vinden we het artikel :  Aan wie behoorde de goudschat van Val-Meer.

Het gereconstrueerde huis ( C391a ) had nog een oppervlakte van 2a en werd in 1889 verkocht aan Willem Gadiot en Pauline Vanormelingen die in 1891 Val-Meer verlieten.

Anno 2023 heeft zaal De Bond kadasternummer C391p.

 

Bron:

  • ( 1 ) : Genealogie Castermans ( met dank aan J. L. Jackers )

  • V_12_170 betekent Schepenbank Val, gichtregister 12, blz 170

  • M_10_249 betekent Schepenbank Meer, gichtregister 10, blz 249

  • BS Val-Meer

  • Parochieregisters van Millen en Val-Meer

  • Kadaster en Kadaster 1842 ( Rijksarchief Hasselt ).  

bottom of page